prog: 995
squelettes/rubrique-3.html

Nocturnes - Rednecks

Terwijl blaxploitation films de grootsteedse grindhouses in de jaren ’70 domineerden, werden de drive-in schermen van landelijk Amerika overspoeld door het hixploitation genre: films waarin all American boys en honky-tonk heroes met moonshine (slang voor zelf gedistilleerde alcohol) in hun pick-up truck op de tonen van Lynyrd Skynyrd’s "Sweet Home Alabama" langs plattelandsdorpjes scheurden, al dan niet achtervolgd door redneck sheriffs. De populariteit van deze hick flics en hillibilly movies bereikte een populair hoogtepunt in 1977 met de mainstream hit "Smokey And The Bandit" en overleefde in de jaren ’80 in een televisieserie als "The Dukes Of Hazard".

De hixploitation film had ook een andere, minder vrolijke variant. De pejoratieve term "redneck" stond immers ook voor een inwoner van het achterlijke platteland in het Zuiden van de Verenigde Staten: blanken uit de lagere arbeidersklasse die hun berooide sociale status deelden met immigranten, zwarten en ander minderheden. Dit was gefundenes fressen voor horrorfilmproducenten die naast zombies, buitenaardse wezens, en ander ongedierte in de "redneck" - de stereotiepe Southern in overall, een klak op de vette haardos en een rotslecht gebit - een nieuw monster vonden om het publiek de stuipen op het lijf te jagen. In de zogenaamde swamp movies en survival horror films werden de afgelegen moerassen en bossen van Amerika bevolkt door allerlei poor white trash, het resultaat van jarenlange inteelt, dat geen onschuldige toeristen en stadslui op zijn territorium duldde. "2,000 Maniacs!" (1964) van Herschell Gordon Lewis is de voorloper, "Deliverance" (1972) van John Boorman het schoolvoorbeeld en Tobe Hooper’s "The Texas Chainsaw Massacre" (1974) wellicht het hoogtepunt van dit subgenre. "Poor Pretty Eddie" (1975), "Eaten Alive" (1977), en "Tourist Trap" (1979), of nog, Walter Hill’s "Southern Comfort" (1981) en "Just Before Dawn" (1981) van Jeff Liebermann zijn eveneens fijne stalen.

De teloorgang van de drive-in markt vanaf de jaren ’80, betekende ook het voorlopige einde van dit hixploitation genre. Totdat een nieuwe generatie regisseurs de exploitation cinema van de jaren ’70 herontdekt en met films als "Cabin Fever" (2002), "The Locals" (2003), "Wrong Turn" (2003) en "The House of 1000 Corpses" (2003) de good ol’South opnieuw op de kaart zet.

In september en oktober staan twee hick flics op het programma. De Redneck filmcyclus wordt vervolgd in November.



prog: 0
Sorry, no Dutch version for this article.
French [fr] or English [en] page.


Walter Hill, 1981, US, 35mm, ov, 106

Actieregisseur Walter Hill (The Warriors, 48 Hours) levert zijn versie van "Deliverance" af. Een troep weekendsoldaten van de National Guard trekt op manoeuvres in de bayou van Louisiana en verdwaalt in de zompige moerassen. Een gewelddadige confrontatie met een lokale redneck escaleert in een uiterst spannend kat en muis spel waarbij de soldaten het één voor één moeten afleggen tegen de inheemse Cajun bevolking. Keith Carradine, Fred Ward en Powers Boothe schitteren in deze brok pure adrenaline. De passende soundtrack is van Ry Cooder.

14.09 > 22:00 + 05.10 > 24:00


Herschell Gordon Lewis, 1964, US, 35mm, ov, 87

Een grotesk grand guignol spektakel uit 1964 van de "godfather of gore", Hershell Gordon Lewis (Blood Feast, The Gruesome Twosome). Tijdens de festiviteiten ter gelegenheid van de 100ste verjaardag van de Amerikaanse Burgeroorlog in een klein zuiders stadje, valt een groepje toeristen uit het Noorden in de klauwen van de plaatselijke bevolking. De Yankees worden in stukken gehakt, geroosterd en er wordt er één in een ton (met spijkers aan de binnenkant!) gestopt alvorens deze van een heuvel te laten rollen. Tussen het bloedvergieten door brengt een koortje, The Pleasant Valley Boys, volksliedjes ten gehore, genre "Rebel Yell (The South’s Gonna Rise Again)"!

14.09 > 24:00 + 05.10 > 22:00


squelettes/rubrique-3.html
lang: nl
id_rubrique: 1001
prog: 995
pos: aval